Om de Bijbelstudie van deze veertigdagentijd goed te starten, nemen we vandaag een aanloopje. Vers 1 van hoofdstuk 1 van Rechters begint namelijk met een heel duidelijke breuklijn in de tijd; “Na de dood van Jozua” of nog duidelijker in de Herziene Statenvertaling: “Het gebeurde na de dood van Jozua…”. Voor die breuklijn bevat de laatste handeling van Jozua al een voorbeschouwing op het grote thema in het Bijbelboek Rechters.
Vrije Keuze
Het laatste hoofdstuk van het Bijbelboek Jozua beschrijft het levenseinde van de grote leider van het volk Israël. God had hem aangewezen als de opvolger van Mozes. En waar Mozes de uittocht uit Egypte mocht leiden, werd Jozua de leidsman die de intocht in het Beloofde Land mocht leiden. Zoals Mozes het volk door de Rode Zee leidde, zo leidt Jozua het volk door de Jordaan.
Morgen Een mooie ezelsbrug: lees de Bijbel als het Woord van de Drie-enige God: de Vader (Schepper, die nooit loslaat wat Zijn hand begon), de Zoon (de Messias, Christus Jezus) en de Heilige Geest (God’s aanwezigheid in ons eigen leven).
Verbondsvernieuwing: een vrije keuze
Aan het einde van zijn leven riep Jozua het volk Israel bij zich. Hij wilde de leiders en dienaren van het volk nog één keer toespreken. Jozua 24 vertelt daarover:
“1 Jozua riep alle stammen van Israël bijeen in Sichem. Nadat hij de oudsten, stamhoofden, rechters en griffiers zich ten overstaan van God had laten opstellen, 2 sprak hij tot het volk: ‘Dit zegt de HEER, de God van Israël:…”
In een aantal vertalingen wordt dit moment de ‘Verbondsvernieuwing’ genoemd. Door Jozua spreekt God tot Zijn volk. En Hij leidt hen als het ware langs de geschiedenis van het verbond; Hij begint bij Abraham en eindigt in het beloofde land:
“13 Ik heb jullie een land gegeven waarvoor jullie niets hebben hoeven te doen, steden die jullie niet hebben gebouwd en waarin jullie zomaar konden gaan wonen, wijngaarden en olijfbomen die jullie niet hebben geplant en waarvan jullie zomaar kunnen eten.”
Daarna vervolgt Jozua. Hij benadrukt dat het verbond met God een vrije keuze is; dien je God of dien je de afgoden van je voorouders of die van het heden. Jozua gaat zelf voor in die keuze: In ieder geval zullen ik en mijn familie de HEER dienen. (vers 15b)
Het volk beantwoordt bevestigend, alsof het een vanzelfsprekendheid is: Het is verre van ons de HEER te verlaten (vers 16).
Toch voorziet Jozua dat de vanzelfsprekendheid een overschatting is van de eigen vastberadenheid. De vrije keuze tot het verbond, heeft namelijk wel gevolgen. Maar het volk bevestigt nogmaals: ‘Wees ervan verzekerd dat we de HEER zullen dienen.’ (vers 21).
En met een derde bevestiging is het verbond opnieuw bekrachtigt; het volk is zijn eigen getuige van de vrije keuze om de God van het Verbond te dienen.
22 ‘In dat geval,’ antwoordde Jozua, ‘bent u zelf de getuigen van uw keuze om hem, de HEER, te dienen.’ ‘Ja, dat zijn wij,’ bevestigde het volk, 23 waarop Jozua zei: ‘Doe dan die vreemde goden weg en richt u volledig op de HEER, de God van Israël.’24 En het volk beloofde: ‘We zullen de HEER, onze God, dienen en gehoorzamen.’
Jozua richt een gedenksteen op en zend de stammen van het volk weer terug naar hun eigen grondgebied. Kort daarna sterft hij.
Het Bijbelboek Rechters begint in de periode volgend op de dood van Jozua en zijn generatie. Langzaam verdwijnen de mensen die de grote wonderen van de bevrijding uit Egypte en de intocht in het Beloofde Land hadden meegemaakt. En langzaam blijkt dan ook dat de vrije keuze om God te dienen, juist als het goed gaat, bijna onopgemerkt onder druk komt te staan.
Herkenbaar?!
Mijn goede voornemens om God te dienen, om het voorbeeld van Jezus Christus te volgen lopen vaak vast. Onbedoeld en meestal omdat ik lekker onderweg ben… en het zonder Hem ook wel lijk te redden.
Tycho Jansen