Geloofd zij de Heer
Ik heb U lief, Heer, mijn sterkte, Heer, mijn rots, mijn vesting, mijn bevrijder. God, mijn steenrots, bij U kan ik schuilen. Mijn schild, mijn burcht, kracht die mij redt. Ik roep, ik roep, ik roep, ik roep met heel mijn hart.
Refrein: Geloofd zij de Heer. Geloofd zij de Heer. Geloofd zij de Heer. Geloofd zij de Heer. Want ik ben van mijn vijanden verlost.
U bent het schild, dat mij redt. Uw rechterhand is mij tot steun. Uw Woord maakt mij sterk, U baant de weg voor mijn voet, ik wankel niet. Ik roep, ik roep, ik roep, ik roep met heel mijn hart.
(Refrein)
In mijn nood riep ik tot de Heer. Ik schreeuwde naar God om hulp. En Hij hoorde mijn stem, mijn roepen bereikte Hem.
Geloofd zij de Heer. Geloofd zij de Heer. Geloofd zij de Heer. Geloofd zij de Heer.
(Refrein)