We geven het niet snel toe, maar we zijn niet zo sterk als we over willen komen op anderen. Als de deur dichtgaat, je uit klokt, de auto start en je de bedrijfskleding verruilt voor de onesie dan blijkt je échte ik toch heel anders dan de persoon die je anderen voorspiegelt.
Paulus viel maar gewoon met de deur in huis. Van nature ben ik zwak, of eigenlijk zegt hij: Van nature wandelen wij in het vlees. Jij en ik hebben, net als Paulus en de gelovigen in zijn generatie, te maken met verschillende soorten zwakheden. De eén is beresterk en niet kapot te krijgen, maar heeft last van een angststoornis. Iemand anders lichaam kraakt bij elke stop, maar is mentaal superstabiel. Zoveel soorten, zoveel maten. Een ieder van ons gaat vroeg of laat beseffen: Ik ben geen super(wo)man.
Tot overmaat van ramp zijn we, met dat zwakke gestel, wel verwikkeld in een titanengevecht. De drie aardsvijanden van de christen zijn de duivel, de wereld en het vlees (het eigen ik). Die strijd ervaren we aan den lijve. Paulus roept ons op om die strijd niet te voeren met menselijke wapens als leugen, laster, vergelding, manipulatie. Nee, we mogen vechten met hemelse middelen.
De wapenuitrusting in Efeze zou ons nog weleens goed van pas kunnen komen. Lees die voor jezelf nog maar eens door. Om die drie vijanden een kopje kleiner te maken moet je het zoeken in de Hemel. Het gebed, de kracht van de Heilige Geest en de power van het Woord van God zijn de drie wapenen die de aartsvijanden, al was het maar voor even, een halt toe kunnen roepen. Ik wens je het bewustzijn toe dat je niet zo sterk bent als je denkt en de kracht toe om niet naar aardse middelen te grijpen.