Na Jezus’ dood en opstanding noemden Zijn volgers zichzelf ‘mensen van de Weg’. Ze volgden de Weg zoals Hij die had voorgeleefd. Zijn manier van leven was dé manier om het leven te leven.
Voor Zijn vertrek had Hij Zijn leerlingen verteld dat zij de Weg kenden. Thomas had ontkennend gereageerd:
“Wij weten niet eens waar U heengaat, hoe zouden wij dan de weg moeten kennen?”
Hierop sprak Jezus de woorden die je misschien al zo vaak hebt gehoord:
“Ik ben de Weg. Ik ben de Waarheid. Ik ben het Leven. Niemand kan bij Vader komen dan door Mij.”
Heb je ooit de lading, de diepgang van deze twee zinnen geproefd? En zie je de relatie tussen deze zinnen en het feit dat de eerste ‘christenen’ zich ‘mensen van de Weg’ noemden?
Jezus ís de Weg. Kijken naar Hem ís de Waarheid zien. Leven zoals Hij leefde ís het Leven!
Een Jezus-leven is de weg van de waarheid. Het pad naar Vader.
No way dat je er via een andere route kunt komen.
Zie je dat?
Open je ogen voor de dingen die je niet kunt zien. Luister naar het Woord van de Waarheid.
Ga. De. Weg!
