Het moment aan tafel is voorbij. Jezus is verdwenen. Maar de Emmaüsgangers blijven niet zitten. Hoe kun je stil blijven na zo’n ontmoeting? Ze springen op, midden in de nacht, en gaan terug naar Jeruzalem. Terug naar de plek waar hun hoop leek te sterven, maar waar nu alles leeft. Wat ze hebben gezien, gehoord, en gevoeld, kan niet wachten. “Hij leeft! Wij hebben Hem gezien.” De angst en twijfel waarmee ze eerder liepen, maken plaats voor vuur. Vandaag is het de eerste lentedag. Het seizoen van nieuw leven. Het voelt bijna als een echo van wat die nacht voor de Emmaüsgangers betekende: een nieuw begin. Dat vuur, dat je laat opspringen om naar je eigen “Jeruzalem” te gaan. Maar dit keer ga je niet alleen. Het volgen van Jezus betekent dat je achter Hem aan gaat. Dat je verbonden blijft met Zijn stem. Zijn aanwezigheid geeft kracht, zelfs als de weg donker blijft. En waarom? Omdat Hij leeft. Dat verandert álles. Het hele verhaal van God, elke belofte, elk woord – het vindt zijn vervulling in Hem. Misschien vraagt Hij je vandaag om een woord van hoop te spreken tegen iemand die worstelt. Of om die ene taak op te pakken waar je steeds voor wegloopt. Zijn stem dringt door tot je hart, zet je in beweging, en geeft moed. Je hoeft het niet alleen te doen. Hij gaat met je mee – levend, krachtig, aanwezig.