Vertel mij HEER, wat is Uw Naam en mag ik U zo noemen?
Wat is de naam die U gebruikt om Uw Zoon te roemen?
En wat zal ik vertellen als mensen er naar vragen?
Hoe leg ik aan hen uit dat wat ik uit wil dragen?
U bent zo groot, mijn lieve HEER! Zo groot dat ik niet weet
Of zelfs maar kan begrijpen hoe U nu eigenlijk heet.
Ik ken wel heel veel namen die mensen aan U gaven
Ik weet hoe ik U noem; U bent mijn veilige haven .
U bent Messias, Christus, Heer, Eeuwige Rots, en Bruidegom
Sterke God en nog veel meer, U bent Die was, Die is en komt.
Zo zijn er heel veel namen die ík ken, uit Uw Woord
Maar hoe noemt Ú Uzelf nu Heer wat moet worden gehoord?
Ook Mozes vroeg dit eens aan U. Ook hij wist eig’lijk niet
Hoe U te presenteren; hoe U Uzelf ziet.
Vanuit de struik gaf U het antwoord. Allesomvattend en volmaakt
Geen vragen meer, dit is Mijn Naam. ’t Is de complexe eenvoud die mij raakt.
‘Ik Ben’ zei U, ‘Dit is Mijn Naam, en zo zul jij Me noemen
Dit is de Naam die jij gebruikt om Mijn Zoon te roemen!
U bent ‘Ik Ben’! ‘Ik Ben’ in mij! ik ben in U! Dat maakt mij vrij!
De kracht en macht die hierin schuilt bleek, toen in de hof
U, Jezus, Zelf De Naam gebruikte; Soldaten vielen in het stof!
‘Wie zoeken jullie?’ was Uw vraag. ‘Jezus van Nazareth!’
‘Ik Ben’ sprak U toen met gezag. Dat woord heeft mij gered!
‘Maar’, was Uw vervolg hierop, ‘Laat deze mannen gaan
Zij zijn van Mij en daarom zal Ik in hun plaats gaan staan.’
De autoriteit in deze Naam is zo ontzettend groot
Dat het alles overstijgt; Het leven en de dood!
U bent ‘Ik Ben’
‘Ik Ben’ in mij
ik ben in U
Dat maakt mij vrij!
