Weet je wat mij zo trof toen ik de toespraak van Jezus nog een keer doorlas? Het begin.
“Toen Jezus de menigte zag….”
Hij kijkt.
Hij zíet met de ogen van de Vader. Hij voelt hun pijn, en ook de pijn waar het wringt. Hij laat door alles wat Hij vertelt, zien waar het om gaat: het hart.
Want Hij heeft naar het hart gekeken en ziet hun worstelingen.
Hij keek en zag ongetwijfeld zoveel mensen met verdriet, met pijn om verlies. En Hij zegt “Gezegend ben je als je rouwt, want jij zult getroost worden”.
Het wringt om deze woorden op te schrijven. En toch zegt Jezus dit. En ik kijk naar Hem.
Toen Zijn vriend onthoofd werd, en Hij daarna de stilte met de Vader opzocht, om Zijn verdriet bij de Vader neer te leggen, om stil te zijn en te luisteren.
En toen Zijn vriend Lazarus gestorven was, schreeuwde Hij het uit van verdriet. En tegelijkertijd wees Hij naar de Vader, en naar Zijn eigen rol: Ik bén de Opstanding en het Leven, wie in Mij gelooft, zál niet verloren gaan, maar het Léven hebben.
Hij verplaatst de focus van het hier en nu naar het eeuwige.
De vragen blijven. En ik geloof dat veel van dit soort vragen niet beantwoord worden in dit leven. Het zijn vragen die je wel bij God kunt neerleggen. Hij wil bij je zijn in je pijn en worstelingen, en Hij wil je nieuwe kracht geven.
Het doet me denken aan Jesaja 61. De tekst die Jezus ook heeft aangehaald om te bevestigen waarom Hij is gekomen: ook om alle treurenden te troosten. Hij zal hen vreugdeolie geven in plaats van rouw.
We leven in een gebroken wereld. De wereld die God zo liefhad, dat Hij Zijn Zoon gaf om haar te redden van alle gebrokenheid. En Hij heeft beloofd dat Hij alles nieuw maakt. Het oude gaat voorbij, het nieuwe komt.
“Want het Lam, (Jezus zelf, Dezelfde die de Bergrede hield), Dat in het midden van de troon is, zal hen weiden en zal hen geleiden naar de levende waterbronnen. En God zal alle tranen van hun ogen afwissen.” (Openbaringen 7)
“God zal alle tranen van hun ogen afwissen, en de dood zal er niet meer zijn; ook geen rouw, jammerklacht of moeite zal er meer zijn. Want de eerste dingen zijn voorbijgegaan.” (Openbaringen 22)
“Zalig zijn zij die treuren, want zij zullen vertroost worden.”
Matthëus 5:4 (HSV)
De kruimel (afbeelding) is ontworpen door Patricia Huizer. De tekst bij deze kruimel is geschreven door Annemieke van Bochove.