Ik ben ontzagwekkend wonderbaarlijk gemaakt door God.
Geen afgerafeld stukje werk, even snel tussen neus en lippen door gemaakt, maar weloverwogen en met zeer grote zorg,
Ontzagwekkend wonderbaarlijk!
Ja, ik ben te dik, mijn lichaam kan niet alles wat een gezond iemand kan, ik ben een beetje beperkt in wat ik kan, en toch …
Ja, ik doe dingen verkeerd, keer op keer op keer op keer …, en toch …
Ik maak fouten, schiet tekort op vele fronten –zowel naar God toe als naar mensen, en toch …
Ik …
En toch …
Ik ben ontzagwekkend wonderbaarlijk gemaakt door God!
Door mijn eigen ogen zie ik al deze dingen, maar als ik mijzelf ga zien door wat Hij zegt in Zijn woord, ga ik ontdekken dat het heel anders is dan ik vaak denk, of zie.
In gedachten zie ik U, Vader, gebogen
over één van Uw in de maak zijnde meesterwerken.
Uw handen gaan zorgvuldig, liefdevol en teder te werk;
niets, helemaal niets zal er zijn op aan te merken.
Als het af is, zie ik de vreugde op Uw gezicht,
en hoor ik U zeggen: ‘Whauw, wat is zij mooi en goed!’
U geeft haar een plaats ergens op de wereld, en zie uit naar de dag
dat U haar weer van aangezicht tot aangezicht ontmoet.
Tot die tijd echter, mag zij op die plaats de gaven en talenten,
die zo zorgvuldig door U in haar leven zijn ingeweven,
ontdekken en ontplooien, om zo tot eer en glorie
van U, haar Schepper, te leven.
Allerlei dingen zullen op haar afkomen,
U weet daarvan, niets is voor U verborgen.
Maar U houdt haar vast, en zult alle dagen,
onafgebroken, voor haar zorgen.
Haar naam is in Uw hand gegrift,
haar beeld heeft U elk moment van de dag voor ogen.
Ze is U zo kostbaar, zo dierbaar, zo speciaal,
niemand anders dan U is zo over haar bewogen.
Ontzagwekkend, wonderlijk gemaakt
Ik proef Zijn liefde; voel de gewenstheid van mijn bestaan.
Ja, Uw daden zijn wonderen; mijn ziel weet dat zeer wel!
Rita Klapwijk