Hij is de jongste, mijn liefste Benjamin. Met zijn jas goed dichtgeritst, springt Sem al snotterend op zijn fiets. Ik sta in mijn ochtendjas te zwaaien en tik op het laatste moment nog even op het raam. Hij hoort het, gelukkig. Het geluid van zijn muziek staat niet te hard.
Het ligt niet aan hem dat ik soms mijn “geruststel-checklist” afwerk. Zo wil ik weten of hij genoeg drinkt, niet de kantjes op school eraf loopt en of hij zijn gsm uitdoet voor het slapen gaan. Het klopt dat ik erom kan lachen, maar liever niet wil dat hij mijn gezonde boterhammen in de kliko gooit. Ja, ik ben een doorsnee pubermoeder die graag het beste met haar kind voor heeft en het er bij hem inpeper om goed voor zichzelf te zorgen.
Goede moeder
Ik vertrouw op mijn zoon en in een God die zijn leven zal sturen, dus hou de laatste jaren steeds meer mijn mond. Het loopt zoals het loopt. Natuurlijk heb ik ook zelf wat in de hand. Een goed voorbeeld doet goed volgen. Hoe laat ik dan zien dat je niet hoeft te struikelen over de handelingen van anderen als ik dat zelf ook weleens doe? En, hoe vertel ik ze dat ze de leukste, mooiste en beste creaties van de wereld zijn terwijl ik dit ook in slechte tijden niet altijd geloof?
Het moederschap was alleen zo ontiegelijk zwaar! Wat had ik toen graag mijn zorgen en vragen bij God willen brengen, zoals ik dat nu doe. Mijn lasten waren zeker lichter geweest.
Ik denk terug aan de start van het moederschap en dat toen juist dat gevecht met mijzelf ontstond. Een goede moeder zijn, dat was het doel. Ik had alleen geen idee hoe een roze wolk eruitzag. Na lang oefenen kreeg ik mijn eerste kind met een hersenbeschadiging en toen ik plots spontaan zwanger bleek te zijn van de tweede heb ik drie jaar lang geen nacht meer doorgeslapen. Sem bleek een huilbaby. Hier spreekt een doorgewinterde moeder die bleef staan bij problemen en een chronisch slaaptekort en dat zonder enige voorbereiding en het geloof in een God waar ik op kon vertrouwen. Het moederschap was alleen zó ontiegelijk zwaar! Wat had ik toen graag mijn zorgen en vragen bij God willen brengen, zoals ik dat nu doe. Mijn lasten waren zeker lichter geweest.
Verwachting
Mijn oudste is nu zeventien en Sem bijna zestien. Ik heb op dit moment geen zorgen en problemen, behalve de ijskast die leeggeplunderd is. Toch heb ik de neiging om dit af te kloppen aan mijn houten keukentafel. Bizar, ik geloof in God – niet in hout.
Dagelijks dank ik God voor mijn leven en het werk wat Hij daarin doet. Ik zou het ook vaker voor mijn nachtrust mogen doen. Sem slaapt namelijk als een roosje. Sterker nog, er is niemand die zo lekker kan slapen als hij. Met zijn armpjes onder zijn hoofd en zijn gedragen kleding aan het voeteneind ligt hij prinsheerlijk te tukken.
Slapen doet hij alleen ook overdag. Alles wat ik hem vraag moet ik later nog tien keer doen. Mijn jongens zijn totaal niet present, lachen alles weg en gedragen zich al prinsjes die verwachten dat mama voor ze klaarstaat. Maar, hé Lin. Was jij ook niet compleet met jezelf bezig in die levensfase en is het ontdekken van de wereld en wie jij bent al niet vermoeiend genoeg?
Ik ben blij dat ik hun koninginnetje mag zijn. Al wacht ik al weken op een koninklijk onthaal als ik aan Sem vraag of hij mee gaat naar de kerk. Sem weet dat ik het beste met hem voor heb. Hij weet dat ik graag wil dat hij mee gaat, maar een kerkbezoek kan ik op deze leeftijd niet meer dwingen. Als ik na het gezamenlijke ontbijt en in mijn zondagse kleding klaar sta om weg te gaan, kijkt Sem mij aan. Ook hij stelt gerust.
‘Aaah, mijn lieve mamaatje toch,’ zegt hij.
Ik krijg een dikke knuffel en ik weet dat hij mij ziet. Dat is genoeg. Ook ik zie een ander in zijn of haar volledigheid, al doe ik niet wat diegene van mij verwacht. Zo moeder, zo zoon.
Laat ik mijn taak hier op aarde maar volbrengen en zo dicht mogelijk bij Jezus blijven, de Koning der koningen. Zolang ik Zijn hart laat zien in de wereld om mijn heen, werpt dat vast de juiste vruchten af.