De kleine Martha Christaller is vier jaar oud als ze naar het kinderhuis van de Bazeler Zending wordt gebracht.
Haar ouders, Emilie en Gottlieb Christaller, werken voor de zending aan de Goudkust. Voor Martha en haar broertjes begint een moeilijke tijd: gescheiden van hun ouders, gescheiden van elkaar en onder het straffe regime van Constantia die voor haar opvoeding verantwoordelijk is.
Tien jaar later verlaat Martha het Zendingshuis, om na een paar jaar als hulp weer terug te keren. Pas als jonge vrouw gelukt het haar om met haar huwelijk een eigen leven te beginnen.
Martha groeit op tot een vrouw met een opgewekt gemoed en een diep geloof. Toch blijft haar leven altijd gestempeld door de zware erfenis van de zending en een vroege jeugd zonder ouders.
Eva Nöldeke vertelt aan de hand van dagboeken en brieven van Martha Christaller het ontroerende verhaal van een zendingskind.