Een krachtige, hedendaagse hervertelling van de gelijkenis van de verloren zoon Jack Chisholm is voorganger van het volk. Hij geeft leiding aan een bloeiende en snelgroeiende megakerk, is schrijver van meerdere bestsellers en geniet landelijke bekendheid vanwege zijn uitspraak We moeten beter ons best doen. Jack kan preken en hij weet hoe hij mensen tot daden moet motiveren. Het enige waar hij weinig kennis van heeft is… genade. Maar dit jaar, op kerstochtend, zal zijn gemeente in Grace Cathedral Seattle tevergeefs naar de kansel kijken. Jack zal er niet zijn. Al zullen ze zijn gezicht dan allang op het nieuws voorbij hebben zien komen.Op een Mexicaans eiland, dat hij samen met zijn mooie assistente namens de gemeente bezoekt, gaat hij zich te buiten aan drank en hij belandt met haar in bed. Hoewel hij zichzelf de volgende ochtend nauwelijks iets kan herinneren, blijkt hij gefotografeerd. Binnen de kortste keren raakt hij alles kwijt. Zijn gemeente. Zijn reputatie. Zijn royalty’s. En tot overmaat van ramp ook zijn vrouw en 8-jarige dochter.Jacks wereld stort in. Maar juist wanneer hij aangeschoten met een fles tequila in de hand zich afvraagt of hij nog iets goeds van het leven kan verwachten, wordt er op de deur van zijn hotelkamer geklopt. Het is zijn vader, die hij al jaren niet heeft gesproken. ‘Kom, jongen, we gaan naar huis,’ zegt hij. Brennan Manning (1934-2013) was auteur en Franciscaner priester. Vanwege alcoholisme werd hij uit het priesterambt ontheven. Op de bodem van zijn bestaan leerde hij de genade van God kennen. Zijn beroemdste boek is The Ragamuffin Gospel. Ook schreef hij Het onstuimige verlangen van God… naar jou (Gideon, 2010).