Een leven zonder kerk lijkt steeds normaler te worden in Nederland. In dit indringende en persoonlijke boek deelt predikant Aarnoud van der Deijl zijn ervaringen en inzichten uit dertig jaar predikantschap, waarin hij de kerkgang dramatisch zag afnemen. Vanuit zijn eigen rouwproces stelt hij prikkelende vragen: wat verliezen we wanneer de kerk verdwijnt? Kun je als samenleving én als individu zonder de verhalen, rituelen en de gemeenschap die de kerk biedt? Van der Deijl onderzoekt waarom goedbedoelde plannen de leegloop niet konden keren en analyseert met scherpe blik en mededogen ‘zeven plannen die de kerk niet konden redden’. Hij gaat daarnaast in gesprek met denkers en doeners uit verschillende hoeken, zoals Kristien Hemmerechts, Nadia Kroon en Alain Verheij, die ieder hun eigen kijk geven op kerkelijkheid en zingeving. Het boek verbindt persoonlijke reflecties met actuele maatschappelijke thema’s, en biedt zo waardevolle verdieping voor iedereen die zich bezighoudt met zingeving, religie, cultuur of de toekomst van gemeenschap. Dit boek is geschreven voor een breed publiek: van betrokken gelovigen tot nieuwsgierige buitenstaanders, van theologen tot mensen die vragen hebben bij de rol van religie in de moderne samenleving. Door de toegankelijke stijl en het actuele onderwerp is het een inspirerend werk voor lezers die nadenken over samenleven, identiteit en betekenis. Een waardevol boek dat het gesprek opent over wat we verliezen, maar ook over wat blijft, wanneer de kerk verdwijnt – een onmisbare bijdrage aan het debat over zingeving en verbondenheid in deze tijd.