Planten, dieren en andere schepselen zijn niet slechts decoraties in ons leven; ze zijn er tot eer van God en hebben een diepere betekenis. In een tijd waarin klimaatverandering en afnemende biodiversiteit ons steeds meer zorgen baren, biedt dit boek een verfrissende kijk op de relatie tussen de mens en de schepping. Het nodigt je uit om na te denken over hoe we weer respect kunnen ontwikkelen voor de aarde en haar bewoners. Dit boek richt zich op iedereen die geïnteresseerd is in duurzaamheid, christelijke filosofie en ecologische ethiek. Het is een waardevolle gids voor zowel gelovigen als niet-gelovigen die willen begrijpen hoe we onze rol als rentmeesters van de aarde kunnen heroverwegen. De auteur verkent in het eerste deel de verhouding tussen mens en schepping, waarbij hij ingaat op dominante opvattingen en de noodzaak van een innerlijke transformatie. In het tweede deel worden praktische aspecten van duurzaamheid belicht in sectoren zoals landbouw, veeteelt en industrie, met aandacht voor globalisering en de grenzen aan groei. Met een combinatie van diepgaande analyses en praktische inzichten biedt dit boek unieke perspectieven die je aanzetten tot reflectie en actie. Het is niet alleen een oproep tot verandering, maar ook een handreiking voor iedereen die wil bijdragen aan een duurzame toekomst. Laat je inspireren en ontdek de waarde van een vernieuwde relatie met de schepping.