Bijbelgedeelte
Genesis 1
16
Herziene Statenvertaling
1
3
In het begin schiep God de hemel en de aarde.
2
2
De aarde nu was woest en leeg, en duisternis lag over de watervloed; en de Geest van God zweefde boven het water.
3
4
En God zei: Laat er licht zijn! En er was licht.
4
En God zag het licht dat het goed was; en God maakte scheiding tussen het licht en de duisternis.
5
En God noemde het licht dag en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de eerste dag.
6
En God zei: Laat er een gewelf zijn in het midden van het water, en laat dat scheiding maken tussen water en water!
7
En God maakte dat gewelf en maakte scheiding tussen het water dat onder het gewelf is, en het water dat boven het gewelf is. En het was zo.
8
En God noemde het gewelf hemel. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de tweede dag.
9
En God zei: Laat het water dat onder de hemel is, in één plaats samenvloeien en laat het droge zichtbaar worden! En het was zo.
10
En God noemde het droge aarde en het samengevloeide water noemde Hij zeeën; en God zag dat het goed was.
11
1
En God zei: Laat de aarde groen doen opkomen, zaaddragend gewas, vruchtbomen, die naar hun soort vrucht dragen, waarin hun zaad is op de aarde! En het was zo.
12
En de aarde bracht groen voort, zaaddragend gewas naar zijn soort en bomen die vrucht dragen waarin hun zaad is, naar hun soort. En God zag dat het goed was.
13
Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de derde dag.
14
En God zei: Laten er lichten zijn aan het hemelgewelf om scheiding te maken tussen de dag en de nacht; en laten zij zijn tot tekenen, en tot aanduiding van vaste tijden en van dagen en jaren!
15
En laten zij tot lichten zijn aan het hemelgewelf om licht te geven op de aarde! En het was zo.
16
En God maakte de twee grote lichten: het grote licht om de dag te beheersen en het kleine licht om de nacht te beheersen; en ook de sterren.
17
En God plaatste ze aan het hemelgewelf om licht te geven op de aarde,
18
om de dag en de nacht te beheersen en om scheiding te maken tussen het licht en de duisternis. En God zag dat het goed was.
19
Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de vierde dag.
20
En God zei: Laat het water wemelen van wemelende levende wezens; en laten er vogels boven de aarde vliegen, langs het hemelgewelf!
21
En God schiep de grote zeedieren en alle krioelende levende wezens waarvan het water wemelt, naar hun soort, en alle gevleugelde vogels naar hun soort. En God zag dat het goed was.
22
En God zegende ze en zei: Wees vruchtbaar, word talrijk, en vervul het water van de zeeën; en laten de vogels talrijk worden op de aarde!
23
Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de vijfde dag.
24
En God zei: Laat de aarde levende wezens naar hun soort voortbrengen: vee, kruipende dieren en wilde dieren van de aarde, naar zijn soort! En het was zo.
25
En God maakte de wilde dieren van de aarde naar hun soort, het vee naar hun soort, en alle kruipende dieren van de aardbodem naar hun soort. En God zag dat het goed was.
26
2
En God zei: Laten Wij mensen maken naar Ons beeld, naar Onze gelijkenis; en laten zij heersen over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht, over het vee, over heel de aarde en over al de kruipende dieren die over de aarde kruipen!
27
1
En God schiep de mens naar Zijn beeld; naar het beeld van God schiep Hij hem; mannelijk en vrouwelijk schiep Hij hen.
28
En God zegende hen en God zei tegen hen: Wees vruchtbaar, word talrijk, vervul de aarde en onderwerp haar, en heers over de vissen van de zee, over de vogels in de lucht en over al de dieren die over de aarde kruipen!
29
En God zei: Zie Ik geef u al het zaaddragende gewas dat op heel de aarde is, en alle bomen waaraan zaaddragende boomvruchten zijn; dat zal u tot voedsel dienen.
30
Maar aan al de dieren van de aarde, aan alle vogels in de lucht en aan al wat over de aarde kruipt, waarin leven is, heb Ik al het groene gewas tot voedsel gegeven . En het was zo.
31
1
En God zag al wat Hij gemaakt had, en zie, het was zeer goed. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest: de zesde dag.
Herziene Statenvertaling © Stichting HSV en Royal Jongbloed 2010-2017
17 Kruimels
Schatgraven in Genesis 1-3
Schatgraven in Genesis 1-3
Schatgraven in Genesis 1-3 biedt een diepgaande uitleg van de scheppingsverhalen, doorspekt met Hebreeuwse inzichten. Het onthult unieke verbanden zoals tussen Adam en adama en biedt verhelderende perspectieven op mens en natuur. Ideaal voor studie en reflectie met vragen per hoofdstuk.
Genesis 1:2
Genesis 1:2
Vanaf het allereerste begin hoor je het gezang van hoop door de schepping. Zelfs wanneer het nog helemaal duister, chaos en onzichtbaar is. “Wij houden onze ogen immers niet gericht op de dingen die men ziet, maar op de dingen die men niet ziet; want de
Genesis 1:31
Genesis 1:31
God schiep de mens naar Zijn beeld. Man en vrouw. In de eenheid die ze vormden, met God en met elkaar, weerspiegelden ze wie Hij is. Toen God ernaar keek was Hij heel tevreden. Nou, ik denk niet dat Hij tevreden was, Hij zag dat de mens precies zo was a
Genesis 1:3
Genesis 1:3
Ooit werd het licht door God ‘in het bestaan gesproken’. “Daar zij licht!” In de velden van Efrata klonk opnieuw Gods stem; “Daar zij Licht!” De geboorte van Jezus was de onthulling van Gods liefde voor ons. Vervuld van die liefde verlangen wij opnieuw
Duurzaam & sociaal
Altijd retourneren & levenslange service
Gratis verzending vanaf €40,-
Hulp of advies nodig?
Vind je antwoord eenvoudig en snel op onze service pagina.
DagelijkseBroodkruimels Team
40.000+
volgers
45.000+
vind-ik-leuks
9,2/10
3956 beoordelingen
iDEAL
Algemene voorwaardenPrivacyCookies
© 2014 - 2024 Dagelijkse Broodkruimels